Geen gelijktijdig gebruik van methodes voor btw-correctie
Als een btw-ondernemer goederen of diensten afneemt voor prestaties die deels btw-belast zijn en deels btw-vrijgesteld, mag hij niet alle voorbelasting aftrekken maar moet hij de betaalde btw corrigeren voor gemengd gebruik. Een fiscale eenheid wilde bij de berekening van de correctie twee methodes gebruiken. Voor een deel van de kosten wilde de fiscale eenheid de correctie berekenen aan de hand van het werkelijke gebruik en voor een ander deel van de kosten wilde de fiscale eenheid de correctie berekenen aan de hand van de pro rata-methode. De inspecteur weigerde dit en paste bij de berekening van de correctie uitsluitend de pro rata-methode toe.
De rechtbank oordeelde dat de inspecteur juist had gehandeld. Het EU-recht biedt weliswaar de mogelijkheid om beide methodes gelijktijdig te gebruiken, maar de Nederlandse wetgever heeft deze mogelijkheid niet doorgevoerd in de wet. Hierdoor staat de Belastingdienst het niet toe om beide methodes gelijktijdig toe te passen en volgens de rechtbank is dit terecht. De Belastingdienst gebruikt in principe de pro rata-methode, tenzij dit niet overeenkomt met het werkelijke gebruik; in dat geval geldt het werkelijke gebruik als verdeelsleutel. Dit is volgens de rechtbank niet in strijd met het EU-recht.
Bron: Rb.Zeeland-West-Brabant 19-7-2018 (publ: 16-1-2019)
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!